This page needs to be proofread.
UNOWED.
- Unowed, [[a]n`o`ud], zonder eigenaar, niet schuldig; Unowned, [[a]n`o`und], zonder eigenaar; niet erkend.
- Unpacified, [[a]np`asif|a|id], onbevredigd.
- Unpack, [[a]np`ak], ontlasten, uitpakken.
- Unpaid, [[a]np`e`id], onbetaald, ongefrankeerd, onvergolden, onvervuld: The great — = de niet bezoldigde magistraatspersonen, enz.
- Unpaired, [[a]np`ê[e]d], ongepaard.
- Unpalatable, [[a]np`al[e]teb'l], onsmakelijk, onaangenaam: An — truth.
- Unparalleled, [[a]np`ar[e]leld], weergaloos.
- Unpardonable, [[a]np`âd[e]n[e]b'l], onvergeeflijk.
- Unparliamentary, [|[a]np|âlim`ent[e]ri], niet parlementair.
- Unpatented, [[a]np`e`it'ntid], [[a]np`at'ntid], ongepatenteerd.
- Unpatriotic, [[a]np|e|itri`otik], [[a]npatri`otik], niet vaderlandslievend.
- Unpaved, [[a]np`e`ivd], ongeplaveid.
- Unpen, [|[a]np`en], (schapen) uit de pen, (water) uit een kanaal laten.
- Unpenetrable, [[a]np`en[e]tr[e]b'l], ondoordringbaar.
- Unpensioned, [[a]np`en[vs]'nd], zonder jaargeld.
- Unpeopled, [[a]np`îp'ld], onbevolkt, ontvolkt.
- Unperceivable, [|[a]np[e]s`îv[e]b']l, onbemerkbaar; |Unperc`e`ived = ongemerkt, onbemerkt.
- Unperformed, [|[a]np[e]f`ömd], niet gedaan, niet opgevoerd, onverricht.
- Unpermitted, [|[a]np[e]m`itid], ongeoorloofd.
- Unperused, [|[a]np[e]r`ûzd], niet doorgezien.
- Unphilosophic(al), [[a]nfil[e]s`ofik('l)], niet wijsgeerig.
- Unpicked, [[a]np`ikt], niet geplukt, niet uitgelezen: — samples.
- Unpin, [[a]np`in], losspelden.
- Unpitied, [[a]np`itid], onbeweend, onbetreurd.
- Unplaced, [[a]npl`e`ist], ongeplaatst, verward, dooreengegooid, niet onder de 3 eersten (wedren).
- Unplanted, [[a]npl`ântid], ongeplant, vanzelf groeiend, niet bebouwd of aangelegd.
- Unpleasant, [[a]npl`ez'nt], onaangenaam, onplezierig, misnoegd; subst. —ness.
- Unploughed, [[a]npl`a`ud], ongeploegd.
- Unpoetic(al), [|[a]npou`etik('l)], niet dichterlijk.
- Unpolished, [[a]np`oli[vs]t], ongepolijst, mat, onbeschaafd, lomp; Unpolite, [|[a]np[e]l`a`it], onbeleefd.
- Unpolled, [[a]np`o`uld], niet bekapt, ongeschoren, niet als kiezer ingeschreven, nog niet gekozen hebbend.
- Unpolluted, [|[a]np[e]l(j)`ûtid], onbevlekt.
- Unpopular, [[a]np`opjul[e]], niet bij het volk geliefd; subst. —ity, [[a]np|opjul`ariti].
- Unpractical, [[a]npr`aktik'l], onpraktisch; —ity, [[a]npr|aktik`aliti], het onpraktisch zijn; Unpracticed, Unpractised, [[a]npr`aktist], onervaren.
- Unprecedented, [[a]npr`esid|entid], zonder voorbeeld.
- Unprejudiced, [[a]npr`ed[vz][e]dist], onbevooroordeeld, onpartijdig, niet benadeeld.
- Unpremeditated, [`[a]nprim`edit|e|itid], niet expresselijk, niet overdacht, onvoorbereid.
- Unprepared, [|[a]nprip`ê[e]d], onvoorbereid; subst. —ness.
- Unprepossessed, [|[a]npr|îp[e]z`est], onbevooroordeeld; Unpreposs`e`ssing = niet innemend.