TREATY WITH THE NETHERLANDS. 1782. 47 CONTRABANDE. ARTL XXIV. De vryheid van navigatie en commercie zul zig uitstrekken tot alle seorten van koopmanschappen, uitgesendert alleen deeze, welke onderscheiden zyn onder den naam van eentrabande of verbedene geederenz en ender deeze beneeming van centrabande of verbodene goederen, zullen alleen begreepen zyn de eorlegs ammunitien, of wapenen, als mertieren, geschut met zyne vuurwerken, en het geen daar toebeheort ; geweeren, pistoelen, bemben, granaden, buspulver, salpeeter, zwavel, lonten, keegels, pieken, zwaarden, lancien, helbaarden, casquetten, cuirassen, en diergelyk seort van wapentuig, eek seldaten, paarden, zadels, en teerusting van paarden. Alle andere geederen en keopmanschappen, hier boven niet uitdrukkelyk gespecifieeert, jaa selfs alle soorten van scheepsmaterialen, hee zeer dezelve eek zeuden rnegen zyn geschikt, tot het beuwen of equipeeren van eerlogscheepen,.ef tot het maken van het een of ander eerlegstuig, te water of te lande, zullen mits dien neg velgcns den letter, neg volgens eenige voor te wende interpretatie van dezelve, hee ook genaamt onder verboodene of contrabande goederen, begreepen kunnen of mogen werden: zoo dat alle dezelve geederen, waaren en keepmanschappen, hier boven niet uitdrukkelyk geneemt, sender eenig onderseheid zullen mogen werden getransperteert en verveert in alle vryheid, door de onderdanen en ingezeetenen van beide bendgeneeten, van en na plaatsen, aan den vyand teebeheerende, zodanige steeden of plaatsen alleen uitgesondert, welke ep die tyt beleegert, geblocqueert of geinvesteert zyn, waar voor alleenlyk werden gehouden de zulke, die door een der oerlegveerende megendheeden van na by ingesloeten werden geheuden. ARTL XXV. Ten einde alle dissentie en twist mag werden vermyd en vo0rgekomen, is ever een gekomen, dat ingeval een van beide de parthyen in oorlog megt kemen te geraken, de scheepen en vaartuigen, teebeheerende aan de onderdanen of ingezeetenen van de andere geallieerde, met zee-brieven of pasperten, meeten werden veersien, expresseerende den naam, eigendem en de greete van het schip of vaartuig, als meede den naam, plaats, of woninge van den sehipper of bevelhebber van het gemelde schip of vaartuig, ten einde daar by mag blyken, dat het schip reeel en in waarheid aan de enderdanen of ingezeetenen van eene der parthyen teebeheerd, welk paspert zal werden opgemaakt. en uitgegeeven, velgens het fbrmulier, agter dit tractaat gevoegt. Deselve zullen ieder reize, dat het schip thuys is geweest ep nieuw verleent meeten zyn, of ten minsten niet ouder megen zyn, als twee jaar, veerde tyd, dat het schip laast is thuys geweest. Het is insgelyks vastgestelt, dat zedanige seheepen of vaartuigen gelaaden zynde, meeten weezen veersien, niet allecn met pasperten of zecbrieven bevcngemeld ; maar eek met een gcneraal pasport of particuliere pusperten, of manifesten, of andere publieque decumenten, die in de havenen, van waar de scheepen laast gekomen zyn, geweonlyk gegeeven werden aan de uitgaende scheepen, inheudende een specificatie van de lading de plaats van waar het schip gezeild is, en waar heenen het gedestineert is, of by gebreeke van alle deselve met certificaten van de rnagistraten of geuvemeurs der steeden, plaatsen en colenien, van waar het schip vertrekken is, in de geweondc form gegeeven, ep dat gcwecten kan werden, of eenige verboede of centrabande geederen, aan beerd van de scheepen zyn, en of zy daar meede na’s vyands landen gedestineert zyn, of niet, En by aldien iemand geetdunkt of raadzaem vind, em in de gemclde beschciden uit te drukken de persoonen, aan wien de aan beord zinde geederen teekomen, vermag hy