Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/1251

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page needs to be proofread.

UNDISCRIMINATING.


  • schikt, dienend; —study, subst. plaatsvervanger van een acteur (die de rol heeft geleerd om ze desnoods te kunnen vervullen); verb. [|[a]nd[e]st`[a]di], in geval van nood vervangen; —t`ake = ondernemen, wagen, op zich nemen, behandelen, zich belasten met, borgstaan voor: You have —taken to be here at seven = op u genomen, beloofd; —t`aker = aannemer, speculant, ondernemer (vooral van begrafenissen); —t`aking = onderneming, plechtige belofte; —t`a`xed = te laag getaxeerd of belast; —-tenant, onderpachter; —-tenancy = ònderhuur, onderpacht; —things = onderkleeren; —-timed = te kort belicht; —tone = lage of zwakke toon: He spoke to me in an —tone = met gedempte stem; —took, imperf. van to —t`ake; —-*tow = —-current; —valuation, [v|alju`e`i[vs]'n], onderschàtting, te lage waardeering; —v`a`lue, verb. onder de waarde schatten, minachten; subst. [`[a]nd[e]v|aljû], [|[a]nd[e]v`aljû], te geringe prijs; —-wear = onderderkleeren; —w`e`nt, imperf. van to —g`o; —-wood = laag hout, kreupelhout; —work, [|[a]nd[e]w`[^a]k], te weinig (slecht) werken, goedkooper werken; —worked = niet genoeg werk hebbend; —-world = de tegenvoeters, onderwereld, hel; —wr`ite = onderschrijven, onderteekenen, zich onderwerpen aan; assureeren (van schepen); —writer [`[a]nd[e]r|a|it[e]], assuradeur.
  • Underived, [|[a]ndir`a`ivd], niet ontleend.
  • Undescribed, [|[a]ndiskr`a`ibd], niet beschreven.
  • Undescried, [|[a]ndiskr`a`id], onontdekt.
  • Undeserved, [|[a]ndiz`[^a]vd], onverdiend; |Undes`e`rving = niet verdienend, onwaardig.
  • Undesigned, [|[a]ndiz`a`ind], [|[a]ndis`a`ind], onopzettelijk; subst. —ness; |Undes`igning = oprecht, zonder bedrog, argeloos.
  • Undesirable, [|[a]ndiz`a`ir[e]b'l], ongewenscht; subst. een ongewenscht persoon; |Undes`ired = niet gewenscht of begeerd; |Undes`iring = niet verlangend, onverschillig; |Undes`irous = niet begeerlijk of verlangend.
  • Undetected, [|[a]ndit`ektid], onontdekt.
  • Undetermined, [|[a]ndit`[^a]mind], onbeslist, onzeker, niet beperkt.
  • Undeveloped, [|[a]ndiv`el[e]pt], onontwikkeld.
  • Undeviating, [[a]nd`îvj|e|iti[n,]], niet afwijkend, geregeld, vast.
  • Undid, [[a]nd`id], imperf. van to und`o.
  • Undignified, [[a]nd`ignif|a|id], onwaardig.
  • Undiluted, [|[a]ndil(j)`ûtid], niet verdund.
  • Undiminished, [|[a]ndim`ini[vs]t], onverminderd.
  • Undimmed, [|[a]nd`imd], niet verduisterd.
  • Undine, [`undin], [[a]nd`în], Undine, waternimf.
  • Undiscerned, [|[a]ndiz`[^a]nd], onopgemerkt; |Undisc`e`rnible = niet te onderscheiden, onzichtbaar, onmerkbaar; |Undisc`e`rning = kortzichtig, niet onderscheidend.
  • Undisciplined, [[a]nd`isipl|ind], niet geoefend, ongeregeld, zonder tucht.
  • Undiscouraged, [|[a]ndisk`[a]rid[vz]d], niet ontmoedigd.
  • Undiscoverable, [|[a]ndisk`[a]v[e]r[e]b'l], niet te ontdekken; |Undisc`o`vered = niet gezien, niet opgehelderd, verborgen.
  • Undiscriminating, [|[a]ndiskr`imin|e|iti[n,]], niet onderscheidend, niet scherpzinnig.