Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/218

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page needs to be proofread.

COMMUNICABILITY.


  • eskader; het voorop zeilend schip van een koopvaardijvloot.
  • Common, [k`om'n], subst. gemeenteweide, meente; adj. (al)gemeen, gewoon, gebruikelijk, openbaar, van lagen rang, plat, onrein, gemeenschappelijk, gemeenslachtig (van subst. en werkw.); verb. gezamenlijke grondrechten hebben; samen eten: We have it in — = gezamenlijk; He is above the — = meer dan gewoon; It is out of the — = buitengewoon, ongewoon; — carrier = vrachtrijder; — divisor = gemeene deeler; — council(man) = gemeenteraad(slid); — crier = stadsomroeper; — gender = van 't zelfde gramm. geslacht; — hall = raadhuis; aula; — law = gewoonterecht (tegenover het geschreven recht); — noun = gem. zelfst. nmw.; — Pleas = oud gerechtshof; thans opgenomen onder de Queen's Bench Division van het Hooggerechtshof; Book of — Prayer = ritueel en gebedenboek der Angl. kerk; — sense = gezond verstand: That is a — sense remark = van gezond verstand getuigende; —able = gezamenlijk, gemeenschappelijk; —age = gezamenlijk bezit, gemeenschappelijk recht; —alty = burgerij (wat niet tot den adel behoort); —er = burger; lid van het House of Commons; iemand, die mede recht heeft op gemeenschappelijken grond: Gentleman —er = betalend student, die eerst in later tijd werden toegelaten; —ish = vrij algemeen, alledaagsch; —place, [k`om'npl|e|is], subst. gewoon onderwerp, gewone uitdrukking, gemeenplaats, memorandum; adj. gewoon, alledaagsch; verb. in een memorandum of commonplace-book aanteekenen; —s, [k`om[e]nz], het volk; de leden van het Lagerhuis = House of —s; voedsel (aan eene algemeene tafel): His cheeks were hollow; he had been on short —s for four years = hij had het schraal van eten gehad; Doctors' —s = oud gerechtshof bestaande uit 5 hoven, vervangen door het Probate Court, thans Prob. Division van het Hooggerechtshof; —ty = land, aan twee of meer toebehoorende; gemeenteweide; —weal, [k|om'nnw`îl], het algemeen welzijn; —wealth, [k`om'nw|elth], gemeenebest, staatslichaam, statenbond, republiek (in Engeland onder Cromwell: 1649-1660).
  • Commorance, -cy, [k`om[e]r'ns(i)], domicilie; C`o`mmorant = wonend.
  • Commotion, [k[e]m`o`u[vs]'n], beroering, beweging, drukte, tumult.
  • Communal, [k`omjun'l], [k[e]mj`ûn'l], communaal; Commune, [k`omjûn], gemeente, commune (Fr.), communie: To hold — (with) = spreken met, raadplegen.
  • Commune, [k[e]mj`ûn], [k`omj|un], spreken met, raadplegen; deelnemen aan het Avondmaal (Amer.); de communie ontvangen (Kath. kerk).
  • Communicability, [k[e]mj|ûnik[e]b`iliti], mededeelbaarheid; Communicable, [k[e]mj`ûnik[e]b'l], mededeelbaar; Communicant, [k[e]mj`ûnik[e]nt], avondmaalsganger, communicant; Communicate, [k[e]mj`ûnik|e|it], mededeelen, schenken, openbaren, omgang hebben, in verbinding staan met, deelnemen