Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/942

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page needs to be proofread.

REGIUS.


  • ruimtemaat voor schepen (= 2,8316 M.^3); His name was entered in the — = werd ingeschreven op de lijst; To make — = registeren (boekdruk.); I wish to have this letter —ed = te laten aanteekenen; I had my luggage —ed = liet mijne bagage inschrijven; To — a vow = zichzelf plechtig beloven; —ed bonds = obligaties op naam; —ed holders = houders van obligatiën op naam; Registrar, [r`ed[vz]istr|â], [r`ed[vz]istr[e]], bewaarder der registers, ambtenaar van den burgerlijken stand: —-General = hoofdambtenaar bij de registers van den burgerlijken stand; —'s Statistics, Returns = bevolkingsstatistieken; Registration, [r|ed[vz]istr`e`i[vs]'n] = inschrijving van geboorte, sterfgevallen, kiezers (= — of voters): —-fee = kosten van inschrijving; —-list = kiezerslijst; —-office = bureau van den burgerl. stand; verhuurkantoor; Registry, [r`ed[vz]istri], inschrijving, registratie-bureau.
  • Regius, [r`îd[vz]i[e]s], koninklijk: — professor = bekleeder van een der leerstoelen, door Hendrik VIII aan de Engelsche hoogescholen gesticht.
  • Reglet, [r`egl[e]t], zetlijn; plat lijstje.
  • Regnal, [r`egn'l], regeerings{{...: — years = regeeringsjaren; Regnancy, [r`egn'nsi], regeering, heerschappij; Regnant = regeerend.
  • Regorge, [r|îg`öd[vz]], weer uitbraken.
  • Regrant, [r|îgr`ânt], subst. hernieuwde vergunning; verb. opnieuw verleenen.
  • Regress, [rigr`es], teruggaan; subst. [r`îgres] = —ion = teruggang, terugkeer; Regr`e`ssive = teruggaand.
  • Regret, [rigr`et], subst. spijt, berouw: verb. treuren om, bejammeren: To feel — at; I — your having done this = het spijt mij; It is to be —ted = het is te betreuren; —ful = vol spijt of berouw; —table = betreurenswaardig.
  • Regular, [r`egjul[e]], regelmatig, geregeld, normaal, stipt, periodiek, echt, flink, tot eene kloosterorde behoorende; subst. ordebroeder, vaste klant, stamgast (—s = — troops = de geregelde troepen): He is a — fool = hij is een echte gek; I am as — as clockwork = een man van de klok; Regularity, [r|egjul`ariti], regelmatigheid, gelijkmatigheid, methode: Regulate, [r`egjul|e|it], regelen, ordenen; Regulation, [r|egjul`e`i[vs]'n], subst. regeling, schikking, voorschrift, statuut, reglement; adj. overeenkomstig het bevel of reglement: — chargers = dienstpaarden; — boot (dress, sword) = model - - -; A — joke = vaste ui of aardigheid; The — of the Rhine = normaliseering; R`e`gul|ative = regelend; R`e`gul|ator = regelaar, gangkruk (locomot.), regulateurklok, regulateur; R`eg`ulatory = R`e`gulative.
  • Regulus, [r`egjul[a]s], Regulus (een vaste ster in het beeld "Leeuw"); goudhaantje.
  • Regurgitate, [rig`[^a]d[vz]it|e|it], terug (laten) stroomen; subst. R|egurgit`ation.
  • Rehabilitate, [r|îh[e]b`ilit|e|it], herstellen (in vroegere rechten of positie), rehabiliteeren; subst. R|ehab|ilit`ation.
  • Rehear, [rîh`î[e]], nogmaals hooren of onder{{peh