Page:1920 - Engelsch-Nederlandsch Woordenboek DP.pdf/1354

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page needs to be proofread.

WRINKLE.


  • *ing: —s of conscience = gewetenswroeging; — of the guts = krampen (plat); —-machine = wringmachine; —-wet = zóó nat dat men het kan wringen.
  • Wrinkle, [r`i[n,]k'l], subst. rimpel, plooi, vouw, oneffenheid, gelukkige gedachte of inval, wenk; verb. rimpelen, plooien, vouwen; liegen, opsnijden: I'll put you up to a — (or two) = ik zal je eens op de hoogte brengen; Shopping —-s = kneepjes bij 't koopen in acht te nemen; He —d up his face, nose; —d = Wrinkly.
  • Wriothesley, [r`ot([e])sli].
  • Wrist, [rist], handgewricht; —band = vaste manchet, boord van de (over)hemdsmouw; —-drop = verlamming der hand; Wristlet = soort polsmof, armband, handboei.
  • Writ, [rit], geschrift, bevelschrift, oproeping, dagvaarding, aanklacht: Holy — = de H. Schrift; —s were issued = bevelschriften werden uitgevaardigd; A — was served upon him = er werd hem eene dagvaarding beteekend.
  • Write, [rait], schrijven, beschrijven, zich schrijven (teekenen): I have written him word = hem geschreven, schriftelijk kennis gegeven; Will you — this fair? = dit in 't net schrijven; They wrote down what I dictated = zij schreven op; She writes down too much in her books for children = zij schrijft al te kinderachtig; The critic's objections were written down = werden afdoende weerlegd; The debt was written off = werd doorgehaald, afgeschreven; The ship was written off as wrecked = als vergaan van de lijst gevoerd; Will you — it out? = het copieeren; He has written himself out = zijn schrijversvermogen uitgeput; To — up = bijschrijven, bijhouden: The novel was written up = werd gunstig gerecenseerd, in de hoogte gestoken (afgemaakt) door de critiek; He has written to say that = heeft geschreven, dat; Writer = schrijver, klerk: —'s cramp = schrijfkramp; — to the Signet = een Schotsch solicitor; —ship = schrijversambt.
  • Writhe, [raidh], verwringen, verdraaien, ineenkrimpen: He —d his features as in pain = verwrong zijne gelaatstrekken.
  • Writing, [r`a`iti[n,]], geschrift, handschrift, tekst, oorkonde: To commit one's thoughts to — = op schrift brengen = To draw up (put down, take down in) — = op schrift zetten; In his own — = eigenhandig geschreven; —-book = schrijfboek; —-case = map; —-desk = schrijflessenaar, schrijf map; —-master = schrijfmeester; —-pad = sous-main; —-paper = schrijfpapier; —-part = schriftelijk gedeelte van een examen; —-school = schrijfschool; —-table = schrijftafel; Written = geschreven: It is — = er staat geschreven (in de H. Schrift); — examination; — Law = geschreven wet = Statute Law.
  • Wrong, [ro[n,]], subst. onrecht, onrechtmatige daad, overtreding, beleediging, nadeel, misvatting; adj. verkeerd, onbillijk, onrecht{{peh